Opdrachten wiskundige bewerkingen

Doelstelling

Een gedifinieerd probleem leren omzetten naar code.

Opdrachten

1. De opdrachten plaats je in:
   1. de map Programmeren1/LerenWerkenMetCSharp
   2. de namespace LerenWerkenMetCSharp
   3. de klasse met de naam Getallen in het bestand met de naam Getallen.cs (deze klasse en dat bestand bestaan al)
2. Maak in deze klasse een methode met de naam Toepassingen1Versie1:
   1. Declareer 2 integer getallen en initialiseer ze met 2 willekeurige getallen. Toon nu op het scherm achtereenvolgens :
      1. De som (een optelling)
      2. Het verschil (een aftrekking)
      3. Het product (een vermenigvuldiging)
      4. Het quotiënt (een deling)
      5. De rest (modulo %)
   2. Stappenplan:

      

   3. Gebruik textformatting om de output te maken!
   4. Test de methode in de Main methode van de Program klasse door ze toe te voegen aan het keuzemenu dat we in de vorige les gemaakt hebben. Zorg ervoor dat de gebruiker zolang uit het menu kan kiezen totdat hij een s intypt om aan te geven dat hij met het menu wil stoppen. Het maakt niet uit als de gebruiker een hoofd- of kleine letter s gebruikt. Gebruik hiervoor Console.ReadKey.
3. Maak in deze klasse een methode met de naam Toepassingen1Versie2:
   1. Declareer 2 integer getallen en initialiseer ze met 2 willekeurige getallen. Toon nu op het scherm achtereenvolgens :
      1. De som (een optelling)
      2. Het verschil (een aftrekking)
      3. Het product (een vermenigvuldiging)
      4. Het quotiënt (een deling)
      5. De rest (modulo %)
   2. Stappenplan:

      

   3. Gebruik textformatting om de output te maken!
   4. Test de methode in de Main methode van de Program klasse door ze toe te voegen aan het keuzemenu dat we in de vorige les gemaakt hebben. Zorg ervoor dat de gebruiker zolang uit het menu kan kiezen totdat hij een s intypt om aan te geven dat hij met het menu wil stoppen. Het maakt niet uit als de gebruiker een hoofd- of kleine letter s gebruikt. Gebruik hiervoor Console.ReadKey.
4. Maak in deze klasse een methode met de naam Toepassingen2Versie1:
   1. Vraag 2 integer getallen op van het klavier en met die ingevoerde getallen voer je dan de volgende bewerkingen uit:
      1. De som (een optelling)
      2. Het verschil (een aftrekking)
      3. Het product (een vermenigvuldiging)
      4. Het quotiënt (een deling)
      5. De rest (modulo %)
   2. Stappenplan:

      

   3. Gebruik textformatting om de output te maken!
   4. Test de methode in de Main methode van de Program klasse door ze toe te voegen aan het keuzemenu dat we in de vorige les gemaakt hebben. Zorg ervoor dat de gebruiker zolang uit het menu kan kiezen totdat hij een s intypt om aan te geven dat hij met het menu wil stoppen. Het maakt niet uit als de gebruiker een hoofd- of kleine letter s gebruikt. Gebruik hiervoor Console.ReadKey.
5. Maak in deze klasse een methode met de naam Toepassingen2Versie2:
   1. Vraag 2 integer getallen op van het klavier en met die ingevoerde getallen voer je dan de volgende bewerkingen uit:
      1. De som (een optelling)
      2. Het verschil (een aftrekking)
      3. Het product (een vermenigvuldiging)
      4. Het quotiënt (een deling)
      5. De rest (modulo %)
   2. Stappenplan:

      

   3. Gebruik textformatting om de output te maken!
   4. Test de methode in de Main methode van de Program klasse door ze toe te voegen aan het keuzemenu dat we in de vorige les gemaakt hebben. Zorg ervoor dat de gebruiker zolang uit het menu kan kiezen totdat hij een s intypt om aan te geven dat hij met het menu wil stoppen. Het maakt niet uit als de gebruiker een hoofd- of kleine letter s gebruikt. Gebruik hiervoor Console.ReadKey.