MSSQL - een introductie
SQL is de taal die door de hedendaagse databasesystemen wordt gebruikt en herbeleeft aan het begin van de 21ste eeuw een echte renaissance omwille van websites die door databanken worden aangedreven.
Als je websites maakt in PHP, ASP of ASP.NET, Perl of Coldfusion of zelfs in Dreamweaver en je gebruikt MySQL, PostgreSQL, SQL Server, DB2 of Oracle, één ding staat vast je hebt SQL nodig om database-driven webinhoud te maken.
Natuurlijk worden databanken ook in desktop- en netwerkapplicaties gebruikt, maar dan nog is de kans groot dat het met een databasesysteem is dat met SQL werkt.
Praktijk eerst
Tot nu toe begon de module met databasedesign. Ik deed gewoonweg wat de meeste bestaande handboeken doen. Waarom keer ik de volgorde van de leerstof om? En leren we eerst hoe SQL werkt? Wel je moet kunnen gaan vooraleer je kan lopen. Uit mijn ervaring met de studenten is gebleken dat kennis van SQL het begrijpen van databasedesign vergemakkelijkt. En omgekeerd beginnen met databasedesing leidt ze af van de concrete reden waarom ze databases willen leren kennen. De studenten hebben meestal een concreet probleem voor ogen dat om een concrete oplossing vraagt en die beantwoordt aan een werkelijke behoefte. Ze denken bijvoorbeeld aan het opslaan van gegevens van de school waarin ze werken of aan gegevens van de vakantieregeling op het bedrijf waar ze werken. Databasedesign is te abstract om mee te beginnen. Het heeft niet veel zin aan studenten een oplossing voor een concreet probleem aan te bieden door er eerst nog een paar abstracte bij te maken!
In Deel I, MSQL, een introductie, leren we over SQL, de taal, de verschillende instructies en de clausules van SQL om gegevens in een database op te slaan en eruit op te halen. Pas in de laaste hoofdstukken van Deel II, SQL in de praktijk, leren we over databasedesign. We leren het ER model en hoe we het omzetten in een relationeel model met tabellen, kolommen, relaties tussen de tabellen, primary en foreign keys enz. We leggen ook het verband met het normaliseren van de gegevens.
Competenties
In databanken leer je de volgende competenties:
- Procedures gebruiken om ruwe (ongeordende) informatie te structureren;
- Objecten (structuren) in veel gebruikte datamodellen (relationele databanken, xml):
- maken;
- wijzigen;
- Verwijderen;
- Gegevens (informatie) in die datamodellen:
- Toevoegen;
- Wijzigen;
- Verwijderen;
- Zoeken;
- Vinden;
- Presenteren;
In deel II gaan we dieper in op voorgaande competenties en voegen we er nog een paar aan toe:
- Rapporteren;
- Beveiligen;
- Juistheid garanderen (integriteit bewaren)
- Toepasbaarheid evalueren;
- ER diagram
- Normalisatie